Het tweede gedeelte van de Nevie’iem bevat de profetenboeken van de Bijbel. Deze boeken heten allemaal naar de naam van een profeet. De traditie veronderstelt dat Jesaja, Jeremia, en de andere profeten de schrijvers zijn van “hun” boeken. Maar waren de profeten eigenlijk wel schrijvers? En kwam het verschijnsel profetie alleen in Israël of ook daarbuiten voor?